De Japanse massage

De Japanse massage

En toen werd ik gemasseerd door twee Japanse schonen. Ik geniete van de zachte warme handen rond mijn lichaam. Hier kon ik heel de dag wel blijven. Van top tot teen, en voelde ook steeds een deel van deze dames tegen mijn lichaam. Er ging af en toe een rilling door mij heen. Ik kijk eens opzij, en zie dat ik allemaal zwarte en witte vlekken over mijn lichaam heb. Nu kijk ik voor mij, en krijg nog te eten ook. Maïspap met bier?! Verrek, ik ben een koe! Ik moet dit dromen. De massage gaat door, en nu zitten ze aan mijn uiers. Ben ik nog een vrouwtjes koe ook! Ik knijp m’n ogen dicht. Het is nu donker en stil. Kan amper adem halen. Aan mijn poten voel ik iets kouds en zacht. Het is modder. Langzaam verhef ik mij. En mijn ogen komen net boven water uit. Het water is warm, en aangenaam als een bad. Maar ik verga van de honger. Zo over het water turend zie ik voor mij een zebra komen aan lopen. Geheel vanzelf, en alsof ik dit al duizenden keren heb gedaan schuif ik over de bodem naar voren. De modder perst langzaam tussen m’n tenen door. Hartslag vliegt ineens omhoog naar ongekende hoogte. Als de zebra volkomen ontspannen zijn tong in het water duwt kan ik het niet meer houden. Alsof er een stroomstoot door mijn lichaam gaat veer ik uit het water op. De zebra schrikt en steigert met zijn voorpoten omhoog. En valt weer terug naar voren om zich om te keren. Maar hiermee beland hij met zijn nek tussen mijn kaken. Een perfecte timing. Mijn kaken klappen dicht, en hoor de botten kraken. Bloed stroomt achter in mijn keel. En moet er bijna van kokhalzen. Het leven van de zebra vloeit langzaam weg. En trek hem achter mij aan het water in. Stuiptrekkend met alle poten. Maar verzet is nu zinloos. Voor de komende week is er genoeg eten. Al rottend zal het vlees mals worden. Blijft dit zo? Ik wil helemaal geen krokodil zijn. Ik knijp m’n ogen weer stevig dicht. En hoor ineens wind geruis in mijn oren. Ik val naar beneden. Als ik niet snel m’n vleugels uit sla, val ik zo te pletter op de rotsen. Als een parachute die open klapt hang ik zowaar stevig in de lucht. Ik ben een ontzettend goede vlieger. Maar wel met een enorme kromme neus. Ja, je kan niet alles hebben. Beneden mij zie ik kale rotsen met hier en daar een boompje. Ik zweef zonder mijn vleugels te hoeven uitslaan. Steeds weer op de warme lucht stijg ik verder omhoog. Om daarna weer optimaal gebruik makend van mijn vleugels omlaag te gaan. Op één van de hoge rotsen zie ik een nest zo prachtig gebouwd. Maar dat is mijn eigen nest. Er zitten drie jonge adelaars met hun bekjes wijd open gesperd. Ik moet eten halen, verdorie. Was ik er even niet helemaal bij. Wat een verantwoording! Ik laat mij omlaag gaan naast de bomen in het gras. Daar lopen verschillende schapen met lammetjes. Daar kan ik er wel eentje van nemen. Met m’n vleugels omhoog, en klauwen gespreid raas ik naar beneden. Precies in de rug van het jonge dier. Het is te zwaar om mee te nemen. En er zal een stuk afgehaald moeten worden. Al hevig trekkend aan het vlees merk ik niet de boer op, die met zijn geweer in de aanslag staat. Hij haalt langzaam de trekker over. En raakt mij vol in m’n zij. Een hevige pijn gaat door mij heen. Steeds weer opnieuw. Blijft die gek schieten, was één kogel niet genoeg? Opnieuw knijp ik mijn ogen dicht. Het blijft donker, en ik ben klaar wakker. Ik krijg de laatste por in m’n zij. En mijn vrouw zit rechtop in bed. ‘Allemachtig, gaat het een beetje?’
‘hè, wat zeg je.’
‘Je ligt te piepen als een jonge hond, en je slaat mij bijna een blauw oog.’
‘Nee, dat was een adelaar, ben net neergeschoten.’
‘Dat is mooi schat, dan kun je de rest van de nacht misschien stil liggen.’
‘Ja, dat is goed hoor.’
“Vrouwen begrijpen ook niks.”

[wp_ad_camp_1]

About The Author

Martin van Gijn

Other posts by

Author his web sitehttp://martinvangijn.nl

02

11 2011

Your Comment